Geen verstand van zaken!!

Het doodlopende advies van “Boekhouders” aan (startende) Ondernemers

Als insolventieadviseur zie ik de keerzijde van ondernemerschap maar al te vaak. Achter de ambitieuze plannen en de droom van een eigen bedrijf schuilt soms een pijnlijke realiteit van financiële moeilijkheden.

Wat keer op keer opvalt in de gesprekken met ondernemers met een eenmanszaak of als zzp’er, is een advies dat hen regelrecht de financiële afgrond in lijkt te leiden: wacht met het oprichten van een BV tot je meer dan € 100.000 winst maakt.

Dit “advies”, dat blijkbaar wijdverbreid is onder bepaalde boekhouders, getuigt van een fundamenteel gebrek aan inzicht in de risico’s van ondernemen en de cruciale rol van de rechtsvorm. Het is een kortzichtige benadering die blind is voor de potentiële valkuilen en de allesverwoestende gevolgen van hoofdelijke aansprakelijkheid.

Laten we eerlijk zijn: de realiteit is dat lang niet elke startende ondernemer de magische grens van € 100.000 netto winst haalt. In plaats daarvan zie ik een gestage stroom van ondernemers met een eenmanszaak die bij mij aankloppen, worstelend onder een onhoudbare last van schulden en risico’s die inherent zijn aan hun onderneming. Risico’s die in feite thuishoren binnen de beschermende muren van een besloten vennootschap (BV).

Wat deze boekhouders volledig uit het oog verliezen, is het fundamentele verschil in aansprakelijkheid tussen een eenmanszaak en een BV.

Bij een eenmanszaak is er geen scheiding tussen het privévermogen en het vermogen van de onderneming. Dit betekent dat als het bedrijf schulden maakt, de ondernemer hier persoonlijk en volledig voor aansprakelijk is. Een faillissement van de onderneming kan in dat geval leiden tot een persoonlijk faillissement, met alle desastreuze gevolgen van dien voor het privéleven.

Een BV daarentegen is een zelfstandige rechtspersoon. In principe is de aansprakelijkheid van de aandeelhouders beperkt tot hun inbreng in het kapitaal van de vennootschap. Gaat de BV failliet, dan blijft het privévermogen van de ondernemer in de meeste gevallen buiten schot. Dit is een cruciale bescherming die het verschil kan betekenen tussen een zakelijke tegenslag en een financiële ruïne voor de ondernemer en zijn gezin.

Het argument dat een BV pas rendabel is bij een winst van meer dan € 100.000 is dan ook misleidend. Natuurlijk zijn er kosten verbonden aan de oprichting en het onderhoud van een BV, zoals notariskosten en een complexere administratie. Maar deze kosten wegen in veel gevallen ruimschoots op tegen het immense risico van hoofdelijke aansprakelijkheid.

Het is dan ook hoog tijd dat deze boekhouders hun advies herzien en zich realiseren dat ondernemen inherent risico’s met zich meebrengt, ongeacht de hoogte van de winst in de beginfase. Het zou hen sieren als zij de moeite zouden nemen om zich te verdiepen in het insolventierecht en de beschermende functie van een BV te begrijpen.

In plaats van ondernemers onnodig bloot te stellen aan persoonlijke financiële risico’s, zouden boekhouders er beter aan doen om proactief te adviseren over de meest passende rechtsvorm, waarbij de bescherming van het privévermogen een cruciale factor is, en niet een winstdrempel die voor de meeste startende ondernemers een verre droom blijft.

Het is tijd voor boekhouders om verder te kijken dan de winstcijfers en het bredere plaatje van ondernemerschap te omarmen, inclusief de potentiële keerzijde. Alleen dan kunnen zij hun cliënten werkelijk van dienst zijn en hen behoeden voor onnodig financieel leed.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Deel:

Meer Berichten

Word lid van de Insolventie Academy